Oeganda en ontwikkelingsdoel 5 - Vrouwengroepen
Artikelindex
Vrouwengroepen
Georganiseerd in een groep kunnen de vrouwen hun ervaringen en kennis met elkaar delen. Ze leren elkaar lezen en rekenen, bespreken huishoudelijke zaken en de verzorging van de kinderen. Soms kopen ze samen een stuk land, waarvan de inkomsten de groep ten goede komen. 'Samen sta je sterk, dat zijn geen lege woorden in Oeganda. De Kibale- en Rubingo-vrouwengroepen zijn daarvan een goed voorbeeld.
Abeteraine Women's Group Rubingo, West-Oeganda
Deze groep bestaat sinds 2000 en heeft 25 leden. In 2004 krijgt ze van een Nederlandse organisatie geld om een geitenproject op te zetten. Ze kopen een stamboek-geitenbok en zes lokale vrouwtjesgeiten. Daarmee gaan ze fokken. De bedoeling is dat elk lid van de groep uiteindelijk haar eigen geit heeft, voor de fok en de slacht. Met het sponsorgeld financieren de vrouwen ook training, lesmateriaal en het transport van de dieren. Op een van de erven van de vrouwen wordt een stal voor de bok gebouwd. Maar er is ook uitloop voor de geit. Dat is een van de voorwaarden die de sponsor heeft gesteld: vrije uitloop voor de dieren Elk lid van de groep afstammelingen van de bok. Die is inmiddels geruild voor een andere bok, om inteelt te voorkomen.
De vrouwen maken ook goede kwaliteit 'ambachtelijke voorwerpen': mandjes, matten en schalen die voornamelijk voor de toeristen worden gemaakt.
Kibale Women's Handicraft Club
Deze groep wordt in 1989 opgericht. De wekelijkse bijeenkomsten worden gehouden in het educatiecentrum van het Kibale Tree Planting Project, het Kibale Open House. De vrouwen geven elkaar les in lezen en schrijven. Ze kopen samen een stuk land en organiseren jaarlijkse bijeenkomsten. Een van de leden heeft een naaicursus gedaan. Ze geeft nu andere vrouwen les. Op de foto hieronder één van de cursisten, Mary. De groep heet tegenwoordig de Kibale Women's Group.
Links: Kibale Women's Handicraft Club Rechts: microkrediet voor vrouwen
Vrouwen en armoede
In Afrika wordt de landbouw voornamelijk door vrouwen bedreven. In Oeganda wordt meer dan 80% van alle landbouwactiviteiten door vrouwen uitgevoerd. Zij zijn de producenten van het merendeel van al het voedsel. Toch krijgen ze vaak geen waardering voor deze essentiële bijdrage. Maar het dringt langzaam door: vrouwen zijn een geweldige bron van energie. Geef ze de middelen om zich te ontwikkelen en ze grijpen de kans met beide handen aan.
Een goed voorbeeld zijn de microkredieten die het mogelijk maken dat arme vrouwen leningen aangaan. Op het moment dat vrouwen economisch minder afhankelijk worden van mannen, verbetert dat hun sociale positie. De Oegandese regering onderkent het belang van vrouwen als partners in ontwikkeling. In 1995 beginnen ze met het Entandikwa Schema. Entendikwa betekent zoiets als startkapitaal. Het is en kredietfonds voor arme mensen. 30% van de fondsen is bestemd voor vrouwen en jongeren. Het fonds leed wel aan startproblemen. Maar de uitgangspunten stonden model voor de meer recentere programma's voor microkredieten.
Er zijn ook internationale organisaties die de vrouwelijke landbouwers ondersteunen, zoals het African Woman Food Farmer Initiative (AWFFI). Dit is een initiatief van het wereldwijde Honger Project (Hungerproject). Hoe dergelijke armoede bestrijdingsprojecten de status van de vrouwen verbeteren, is te zien in dit YouTube-filmpje.
In 1999 krijgt een Ghanese plattelandsvrouw, Nagbila Aisseta de Afrika-Prijs uitgereikt. Ze neemt de prijs in ontvangst namens alle plattelandsvrouwen in Afrika. De prijs staat symbool voor de erkenning van vrouwen als de voornaamste voedselproducenten en daarmee voor hun rol als partners in ontwikkeling.
Van links naar rechts Fadiop Guèye Sall, Hunger Project Council member, Senegal; Chief Bisi Ogunleye; Nagbila Aisseta; and Dr. Speciosa Kazibwe (toenmalig vice-president van Oeganda)